We hebben twee nieuwe collega's

We stellen ze graag aan jullie voor: onze nieuwe collega's Zeno en Roel.

Roel en Zeno (1)

Zeno stelt zich voor:

Ik ben Zeno, net opgestart als projectverantwoordelijke voor Komaf. Daarnaast ga ik ook een hiatenanalyse maken van kinderrechten in Vlaanderen en Brussel.

Voordien was ik als socioloog verbonden aan de Vrije Universiteit Brussel en daarna de KdG Hogeschool. Daar deed ik onder andere onderzoek naar de positie, de (zorg)pedagogie en het welzijnswerk van sociaal-sportieve praktijken. Ik onderzocht hoe deze praktijken hun aanbod toegankelijk en inclusief maken voor mensen, vaak kinderen en jongeren, die drempels ervaren om te sporten. Vanuit mijn rol als onderzoeker werkte ik doorheen de jaren nauw samen met verschillende praktijken. Ik was ook even projectmedewerker bij ICES, het Centrum Ethiek in de Sport, waar ik een analyse uitvoerde naar gender en heteronormativiteit in de sport.

Het project Komaf sluit nauw aan bij mijn interesse en expertise omdat het focust op de inclusiviteit van het jeugdwerk. Dat alle kinderen en jongeren het recht op spel, vrije tijd en rust gegarandeerd zien, daar werk ik graag aan mee. Dat heeft voor mij te maken met rechtvaardigheid en gelijkheid, twee waarden die ik hoog in het vaandel draag. Ik kijk ernaar uit om samen met de verschillende partners bij te dragen aan een inclusiever jeugdaanbod in Vlaanderen en Brussel zodat meer kinderen en jongeren kunnen deelnemen.

In mijn vrije tijd ben ik geëngageerd vrijwilliger bij een Antwerpse sociaal-sportieve praktijk en een vereniging waar armen het woord nemen, Recht-Op. Daarnaast vertoef ik graag in de natuur en trap ik af en toe al eens tegen een bal als veld- en zaalvoetballer.

Roel stelt zich voor:

Hoi! Ik ben Roel. Ik startte, samen met even-kersverse-collega-Zeno, op 4 september bij Keki. Met veel goesting!

De komende maanden zal ik hier werken als verantwoordelijke voor het project Reflector 2.0. Dat project focust op beleidsparticipatie. Afgelopen jaren werkte ik bij Cachet en daar kon ik al heel wat ervaring opdoen bij het deelnemen aan beleidsprocessen.  Dat was destijds helemaal nieuw voor mij en toch kon ik daar vrij snel mijn weg in vinden. Ook al was het vaak een zoektocht hoe beleidsparticipatie vorm kon krijgen op een manier dat het echt ook bottom-up was, vanuit de input en stem van de jongeren. Dat zoeken naar steeds weer geactualiseerde en gesitueerde vormen van participatie vond niet enkel plaats bij beleidsprocessen, maar ook op meso-, en micro niveau.

Dat ik nu de ervaringen uit die zoektocht kan inzetten en er verder kan op bouwen in andere omstandigheden, met andere partners en met een wat andere focus trekt me bijzonder hard aan.

Tegelijk is het wat spannend. De insteek ‘rechten’ staat hier bij KeKi veel meer in het middelpunt dan wat ik tot nu toe gekend heb.  Mijn ervaring situeert zich tot nu toe vooral ‘on the floor’ – als hulpverlener en als ondersteuner van jongeren zelf, al kan net dat me zeker helpen bij het vertaalwerk van ‘kennis’ naar ‘kunde’ in de praktijk en beleid. Maar als ik over mijn schouder kijk naar mijn vorige werkervaringen, is er in mijn professioneel traject precies altijd een stevige portie serendipiteit aan het werk, dus ik heb er het volste vertrouwen in dat ik hier bij Keki ook opnieuw op een zinvolle manier domeinen, stemmen, insteken zal kunnen verbinden.  Dat Keki zich als ‘kruispunt’ opstelt, is in dat geval ‘thuiskomen’.

Om verder nog wat meer over mezelf te vertellen: Ik ben papa van 3 (bijna) puberende zoons, dus aan huis-tuin-en-keukenversies van gesprekken over kinderrechten geen gebrek. Ik werkte 11 jaar als hulpverlener in Jeugdhulp, met niet-begeleide minderjarige vluchtelingen. Daar heb ik de kracht mogen ontdekken van rechten als hefboom voor menswaardigheid – en jammer genoeg ook moeten ondervinden welke lange weg er nog te gaan is om die menswaardigheid en rechtvaardigheid in de praktijk te bereiken, of beter, telkens opnieuw te realiseren. Vanuit gebrek aan gelijke kansen op goede en gepaste geestelijke gezondheidszorg voor de jongeren waarmee ik werkte, rolde ik daarna binnen bij Cachet in het project Take Care, rond geestelijke gezondheid. Daar bleken al snel veel thema’s te overlappen met de ruimere jeugdhulp. Ik beet me onder andere vast in thema’s als traumasensitieve hulpverlening, isolatie/fixatie, veiligheid en herstel. Dat laatste ook onderzoeksmatig.

Wat na december de thema’s of projecten zullen worden waarlangs ik zal bijdragen om kinderrechten te implementeren naar een levende realiteit, krijgt nog verder vorm. Maar als ik hoor wat hier allemaal beweegt, trekt veel me al aan! Maar nu, beginnen bij het begin! Reflector 2.0, I’m your man.